Zoeken in deze blog

maandag 25 april 2016

“Don’t look!”

Tegen negenen zijn we klaar om Jeff Simon, de manager van ‘Villa de Paz’, te bedanken dat we hier een nachtje hebben mogen staan. “Jeff is Mormon, so he is in church.” vertelde een medewerker bij onze aankomst gistermiddag. Nu is hij er wel: “Yeh, I saw the license plate from The Netherlands. So how did you get this rig here!!!” Terwijl Clemens ons verhaal vertelt valt mijn oog op een oliedrum vol gebruikte golfballen. De tekst, in de Amerikaanse kleuren rood en blauw, is een mooie combi van creativiteit en positief denken: ‘Experienced balls, 6 for $ 5.00 [They know there way around the golf course!!!!!]’ ‘Ervaren’ in plaats van ‘Tweedehands ballen’, en dan die prachtige toevoeging dat ze de weg weten...goed voor een grote grijns!

Villa de Paz ligt in het uiterste westen van Phoenix, een agglomeratie van Phoenix zelf en talloze andere steden. Gister waren we bijvoorbeeld in Scottsdale, Fountain Hills en Apache Junction. In Phoenix zelf wonen nu anderhalf miljoen mensen. Met al die andere steden erbij praat je over ruim vier miljoen inwoners. Vandaag rijden we weer naar Scottsdale, zo’n zeventien mijl naar het oosten. Behalve het huis dat Frank Lloyd Wright voor zijn zoon en schoondochter heeft ontworpen, willen we een Apple Store opzoeken: de iCloud van Clemens werkt traag bij het uploaden van foto’s uit de Mac naar de iPad. Niet onoverkomelijk, maar als je dan toch weer eens in een grote stad ben, à la!



Herkenbaar geeft rust...

Zodra ik de Apple Store binnenstap heb ik weer enorme bewondering voor dit wereldbedrijf. Net als ooit in Pasadena, en vorig jaar in Toulouse bij een retailstore, voel je je hier in Scottsdale bijna alsof je bij Apple op het Leidseplein of de Prins Hendrikkade binnenstapt. Eerst iemand die je welkom heet en vraagt waar je voor komt. Bij problemen wijzen ze gelijk naar de Genius Bar. Daar staat iemand met wie je soms moet onderhandelen omdat hij of zij het probleem ernstiger inschat dat jijzelf en je mogelijk een paar uur moet wachten. Maar meestal lukt het wel om gelijk aan de beurt te zijn. Wat ook zo prettig is van Apple: je hoeft niks uit te leggen. Alle apparaten werken hetzelfde. Het enige nadeel: alle medewerkers zijn weliswaar heel herkenbaar met hun appelgroene t-shirts, maar ze dragen geen badges. Ben alle namen van de jongens en meiden dus al lang weer vergeten…
Het uploaden van foto’s gaat weer prima na een complete herstart van Clemens’ Mac. Maar ruim vierentwintighonderd  foto’s vraagt een boel tijd, dus we gaan lekker aan een tafel zitten en rommelen wat op internet…


Kindertafel bij Apple in Scottsdale (AZ) 
Ik bedenk dat ik weliswaar nog heel veel blogs achterloop, alleen hier in de store schrijven gaat niet werken. En ik wil eigenlijk ook wel meer over Scottsdale weten. Dat levert een leuk verhaal op. Scottsdale dankt haar naam aan Winfried en Helen Scott. Zij vestigen zich hier in 1894 als witte eerste bewoners. Het dorp heet dan nog ‘Pima Vilage’. Winfried was een paar jaar eerder, als legerofficier, voor deze vallei gevallen en er heilig van overtuigd geraakt dat je met de irrigatiesystemen die de Pima Indianen hier in deze ogenschijnlijke woestenij gebruikten uitgebreid sinaasappelen, citroenen, grapefruits, vijgen, aardappelen, pinda’s en amandelen zou kunnen verbouwen. Blijkt te kloppen. En veel van de ‘settlers’ die Winfried Scott werft om ook naar deze ‘Valley of the Sun’ toe te komen zijn goed opgeleid en houden van muziek, theater en andere culturele activiteiten. Dat werkt door in de sfeer van een stad lees ik op de site van Scottsdale, en dat geloof ik ook.
Al vanaf het eerste moment dat we Phoenix en zeker Scottsdale binnenreden zei ik: “Wat heerlijk, al die laagbouw in woestijnkleuren verscholen tussen flinke struiken en al die aandacht voor openbaar groen langs alle wegen.” Op de site lees ik over de achterliggende oorzaak: al sinds het begin van de zeventiger jaren geldt hier een verbod op billboards! Tuurlijk, dát maakt het hier ook zo plezierig! Grappig dat je die visuele rust wel heel goed voelt, maar niet zelf hebt herleid tot de afwezigheid van reclameborden…


Natuurlijke blikvanger:
de top van een tweehonderdjarige saguaro

 Na anderhalf uur is nog geen tien procent van de bijna drieduizend foto’s opgestegen naar de iCloud. “Is er geen manier om dat te versnellen?! Dit schiet echt niet op.” Antwoordt een schat van een medewerker die we raadplegen: “Don’t look! Zet het apparaat gewoon weg en kijk er voorlopig niet meer naar, want daar word je simpel van. It’s like watching paint to dry.”








Geen opmerkingen:

Een reactie posten