26 mei
Voor de
zandstormen op Low Rock Beach aan Lake Powell ons weer een avond en een nacht
lang gaan teisteren praten we nog even gezellig met onze buurvrouwen. Zij zijn,
zoals elk voorjaar, op weg van Arizona naar Oregon waar ze de zomers
doorbrengen. “Do you know the history of this Lake?” “No, we don’t.” “Zal ik je
vertellen…” Volgens haar is de bouw van de Glen Canyon Dam (1956 - 1963), de op
een na grootste na de Hoover Dam, een prestigeobject van een politicus geweest,
Carl Hayden dacht ze. Talloze Navajo-sites zijn er door verloren gegaan en het
nut van de dam is nog steeds omstreden. Eens in de zoveel jaar komt er een
voorstel in het Congres om Lake Powell leeg te laten lopen. Maar dat heeft het
nog nooit gehaald. En dat gaat waarschijnlijk ook niet gebeuren want Page, ooit
het kamp van de dambouwers, is inmiddels een stadje dat compleet leeft van de
watersport en andere toeristische attracties in de buurt. Hoewel, elke maand
zakt het water drieënhalve inch en de hydro-elektriciteitscentrale werkt op
halve kracht…”Er is een heel interessant boek over deze dam verschenen... Ik
ben alleen de titel vergeten.” Ach, een seniorenmomentje, geen probleem. Ik
bedank onze buurvrouw voor haar verhaal en denk ondertussen aan de
energiecentrale van de Navajo vlak onder Page. Daar reden we eergister langs en
dat is nog een klassieke kolencentrale…Maakt me wel nieuwsgierig naar de lokale
politieke en sociaal-culturele verhoudingen, maar daarvoor zouden we even terug
moeten naar de mooie bibliotheek waar ik woensdag berichten heb gepost, en daar
heb ik nu geen zin meer in.
Low Rock Beach aan Lake Powell |
Wel gauw even een foto van Lake Powell maken want de
volgende zandstorm hangt al weer in de lucht. Het oranjerode zand kleeft
inmiddels aan ramen, keuken, badkamer, beddengoed, echt alles. Maar binnen word
ik in elk geval niet zélf gezandstraald.
27 mei
Voor we naar
‘The Toadstools’ gaan, kijk ik nog even naar Lake Powell. En ik krijg weer
hetzelfde vreemde gevoel als gister: dit soort meren zijn gewoon niet écht. Ik
herken het gevoel van veel stuwmeren in Europa: niks natuurlijk, typisch
man-made…
‘Toadstools’
zijn volgens mijn digitale woordenboek ‘giftige paddenstoelen’, niet eetbaar
dus, zoals ‘mushrooms’.
Deze zie je al van ver... |
De paddenstoelen die we aan het einde van de
‘Toadstoolstrail’ treffen zijn inderdaad niet eetbaar, maar wel lekker gek. De
hele omgeving is van wit zandsteen, de paddenstoelen zijn rood, zonder witte
stippen, mét witte strepen…
Tussen de
paddenstoelen ontmoeten we twee Nederlanders, uit Soest. Een van hun zoons
woont onder Los Angeles en daar gaan ze af en toe langs om daarna met een
gehuurde auto een week of wat rond te trekken. Ze overnachten in motels. “Weet
je wat ons erg opvalt?! De prijzen zijn in vergelijking met drie jaar geleden
zeker twee tot drie keer over de kop gegaan. Amerika is ontzettend duur
geworden!” Ja, is ons ook opgevallen, en we vertellen wat wij de afgelopen
maanden hebben gehoord. Want behalve met de wijn en de rest van de boodschappen
hebben we geen eigen ervaringen met peperdure campings enzo…
Die witte met het rode hoedje linksboven: hoe bestaat het! |
Vlak na de
parkeerplaats van de ‘Toadstooltrail’ ligt links van de US 89 de BLM 700, en
dat vraagt acht mijlen ‘gravelen’ naar ‘Stateline Campground’ op de grens van
Utah en Arizona. ‘Campground wil in dit geval zeggen ‘poepdozen en
picknicktafels onder een afdak.’ Geen water, geen afvalbakken. We hebben
mazzel: er is nog één plek vrij!
En we hebben
ook een beetje pech: er zitten hier vervelende kleine zwarte vliegjes. Lekker
buiten zitten is er even niet bij.
28 mei
Gister, op
het eindpunt van de ‘Toadstooltrail’ sprak Clemens twee geologen over de ‘Wire
Pass Trail’ die we vandaag gaan lopen. Ik stond nog te kletsen met de dame uit
Soest. Zij was pas geleden voor de tweede keer gevallen en als de dood dat het
haar weer zou overkomen. Een en al herkenning natuurlijk…
"Wire Pass? Follow the wash" |
De genoemde geologen
lieten Clemens een foto zien van de enige barrière die ik vandaag moet nemen.
“Stelt niks voor! Uw vrouw heeft op de terugweg hooguit een kontje nodig.”
Hoe kom ik daar ooit weer op?! |
‘Wire Pass
Trail’ blijkt een lange, lastig begaanbare variant van Lower Antilope Canyon
waar we afgelopen donderdag waren. Maar, net zo bijzonder of misschien nog wel
meer. Je loopt tussen hele hoge muren over een smal pad vol keien en zand. Als
je wilt kun je dat twintig kilometer volhouden. Wij keren op een bijzonder
punt: tussen de rotsen klemt een stapel vergane boomstammen en klinkt het
krassende geluid van zwarte kraaien…”Genoeg schat! Ik moet straks ook weer
omhoog over die rotsblokken.”
Oud hout klemt tussen de rotsen... |
...en water siepelt er langs |
Er zijn
vandaag gelukkig andere wandelaars en ik krijg, behalve van Clemens, van nog
een sterke man hulp om die tweeënhalve meter loodrecht omhoog te klauteren. Als
dat is gelukt kan ik pas echt genieten van wat we allemaal hebben gezien en
ook, later op de avond, van het kampvuur dat een buurman heeft aangestoken.
Gezellig met zes volwassenen en drie klein kids wat babbelen en naar de vlammen
staren…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten