Steve, onze
gastheer in Flagstaff, wil ons graag drie bijzondere National Monuments laten
zien: Walnut Canyon, de Sunset Crater Vulcano en de restanten van de Wupatki
nederzetting. Hij werkt zelf, een deel van het jaar, als ranger in Walnut
Canyon.
Mijn
Timemachine werkt echter niet meer en daarom gaan we eerste naar Best Buy, een
zaak met een Appel-afdeling weet Steve. De supportafdeling constateert een
versleten verbinding tussen harde schijf en usb-snoer. Overzetten van alle oude
gegevens kan wel, maar dat duurt twee dagen. Dus ik koop alleen een nieuwe
externe schijf en bewaar de oude tot we weer thuis zijn…
De tweede
stop is natuurlijk Walnut Canyon. Daar wacht ons helaas een kleine
teleurstelling: zijn collega’s zijn nét vandaag begonnen aan noodzakelijk
onderhoud van de interessante ‘Island Trail’ de canyon in. We doen het dus met
een verre blik vanaf de ‘rim’, de rand van de canyon, zowel op de klifwoningen uit
eind 12de en begin 13e
eeuw, als op de vele walnootbomen die de vloer van de canyon vullen. Steve
helpt ons met het spotten van interessante plekken langs de trail. Marie, onze
gastvrouw, wijst op bijzondere planten en struiken naast het pad langs de Rim
Trail. Er staan veel bankjes langs die trail en je zou hier nog zo een paar uur
willen blijven om van het uitzicht te genieten en met z’n vieren wat te
mijmeren over natuurbehoud en andere dingen die ons boeien.
Gedraaid gegroeid...lang geleden |
Sunset Crater, de volgende stop, is het resultaat van vulkanische uitbarstingen waarvan de eerste begin 11de eeuw heeft plaatsgevonden. We kunnen de vulkaan in principe beklimmen, maar Steve is daar geen voorstander van. “Er zijn zoveel kraters waar je naar toe kunt, en dit landschap is erg kwetsbaar, dus als ik soms hier werk, stimuleer ik mensen om vooral van het pad door de lavastroom te genieten en de San Francisco Mountains in het zuiden te bewonderen. Het grootste deel van de tijd is het pad naar de krater ook gewoon gesloten.” De toppen van deze bergen zijn nog bedekt met sneeuw. Mooi om te zien.
We genieten
ook van de Ponderosa Pines, de Pinion Pines en de jeneverbesstruiken. Ze zien
er niet alleen prachtig uit, ze ruiken allemaal ook heel lekker!
Vlak nadat Steve een foto van ons heeft gemaakt met een stevige Ponderosa, stuiten we op een prachtige dode boom: “Look! Lijkt een sjamaan!”
Ponderosa Pine omarmen |
Vlak nadat Steve een foto van ons heeft gemaakt met een stevige Ponderosa, stuiten we op een prachtige dode boom: “Look! Lijkt een sjamaan!”
De shamaan |
Zesenvijftig
kilometer verder rijden ligt Wupatki National Monument. De weg er naar toe
geeft je steeds zicht op de ‘Painted Desert’. “De lucht is hier heel zuiver.
Bij helder weer kun je honderdzestig mijl kijken.” “Zo’n eind?! Bijna
tweehonderdzestig kilometer? Onvoorstelbaar! In Nederland mag je al blij zijn
als je vanaf een hoog gebouw of zo dertig kilometer ver kunt kijken.”
We rijden
eerst naar Wukoki, de ruïne van een hooggelegen gebouw. Het lijkt wel een
kasteel en je hebt daar echt een prachtig uitzicht over de ‘Painted Desert.’ We
kijken vol verwondering naar een ontzettend dikke man die zich door de kleine
deuropeningen naar de binnenste kamers wringt en hebben de neiging om te
wachten tot hij weer veilig buiten is…Doen we niet.
We gaan terug naar de restanten van het handelscentrum met ronde ommuurde speelvelden, heel veel woningen én een ‘blowhole’. Uit een klein gat in de grond blaast lucht. Als het in de onderliggende grot koeler is dan buiten is de wind lekker fris en omgekeerd. Vandaag koelen Marie en ik onze warme handen. Gekke gewaarwording want het gebaar is identiek aan je handen warmen boven een kachel of een kampvuur.
Al wandelend tussen de ruïnes praten we nog over
land-artprojecten in de buurt en andere sites die we zeker niet mogen missen,
maar onderwijl raken Clemens en ik ook behoorlijk vol van alle moois dat we vandaag
mochten zien. Tijd om naar huis te gaan en wat mij betreft, eerst te kijken of
ik weer toegang kan krijgen tot mijn digitale oude tijden.
Uitzicht vanaf Wukoki |
We gaan terug naar de restanten van het handelscentrum met ronde ommuurde speelvelden, heel veel woningen én een ‘blowhole’. Uit een klein gat in de grond blaast lucht. Als het in de onderliggende grot koeler is dan buiten is de wind lekker fris en omgekeerd. Vandaag koelen Marie en ik onze warme handen. Gekke gewaarwording want het gebaar is identiek aan je handen warmen boven een kachel of een kampvuur.
Samen met Marie m'n handen koelen... |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten