Medocino,
aan de Hwy 1. is een stadje met een klassieke Engelse uitstraling: een paar
gezellige winkelstraten met een super supermarkt annex keukenwinkel, intieme steegjes, elkaar
kruisende lanen met Victoriaanse huizen, voortuinen vol bloemen, watertorens in
de achtertuin en dat alles op een stuk rots met aan drie kanten het geluid van
de Pacificgolven in de diepte.
|
Zomaar een steegje in Mendocinoeel bloemen |
Het stadje
roept herinneringen op. “Weet je, iets aan die naam ‘Medocino’ doet me denken
aan de flowerpowertijd. Net als die song over San Francisco met “wear some
flowers in your hair” van Scott McKenzie. Volgens mij zijn ze allebei uit 1968,
toen ik eindexamen deed en alleen nog maar fantaséérde over vrijheid en
vrolijkheid.” Bij Clemens gaat geen belletje rinkelen, dus ik zoek het ’s
avonds even op. Klopt wel en niet: de SF-song is al van 1967, het liedje over
‘Medocino’ is inderdaad uit 1968, van een Texaanse band die ik verder niet ken,
het Sir Douglas Quintet. De melodie klinkt gelijk wel super bekend in de
oren…Maar na een paar blikken op You Tube denk je ook: ‘Wat lekker trààg
allemaal!’
Medocino
speelt verder een rol een van mijn favoriete tv-series vroeger: ‘Murder she
wrote.’ Ik citeer voor het gemak Wiki: “Iedere aflevering gaat over het
dagelijks leven van een gepensioneerde lerares Engels, Jessica Fletcher, die
detectives schrijft. In elke aflevering raakt ze op een of andere manier
betrokken bij een moordonderzoek en blijkt dan de enige die begrijpt hoe de
zaak in elkaar steekt.” Wat ik me vooral herinner is de uiterst rustgevende manier
waarop zij haar onderzoek doet. Jessica ‘woont’ in het fictieve Cabot Cove (in Maine),
maar de buitenopnamen zijn hier in Mendocino gemaakt.
We raken in
gesprek met een man die langs de camper wandelt: “Allemaal vrije geesten hier
en ja, wij zijn ook allemaal voor Bernie.” En dan: “Maar ja, hoe het nu verder
moet?! Van Hilary moet je het ook niet hebben: Libië, Honduras, Oekraïne…” Hij
telt op z’n vingers alle makken af en heeft aan een hand niet genoeg… “Het is
echt een dilemma, want niet stemmen, dat dóe je niet… Maar je laat je ook niet
opfokken door al dat politieke geblabla…” Met een welgemeend “Nice talking to
you.” en een idem “Safe travels” nemen we afscheid en rijden verder…
De Hwy 1 buigt
boven Mendocino van de kust af en gaat over in de US 101. Die loopt vervolgens door
Humboldt Redwoods State Park. Dat is een hele mooie route, maar nog mooier is
de parallelweg, de Avenue of the Giants, waar je heel rustig tussen de
woudreuzen door kunt karren. De tip is om vooral in dit park de Redwoods te
bewonderen en zeker ook op Mattole Road links af te slaan naar de Big Trees in
Rockefeller Forest, de grootste van de grootste rode woudreuzen.
|
Lengte doet het niet zo op de foto, de diameter wel: deze is bijna drie meter |
Ze zijn
inderdaad prachtig en met hun gigalengte een indrukwekkend symbool voor rustige,
gestage groei.
|
Giant Tree, 109 meter hoog |
|
...maar ze vallen ook wel eens om... |
Als we, de
volgende dag, de korte hike naar ‘Giant Tree’ kiezen en om daarna ‘Flatiron
Tree’ te zoeken en niet te vinden, ontmoeten we een jongen die samen met z’n
moeder een weekje langs de Pacific Coast trekt. Zij staan te twijfelen op de
driesprong waar wij ook hebben geaarzeld en na een kwartier weer zijn
omgedraaid op een pad dat niet goed voelde. “Hebben jullie die Flatiron Tree
gevonden? Want het is toch een loop langs die twee?” “Ja, het moet een loop
zijn, maar die Flatrion Tree hebben we niet gezien, en we zijn ver genoeg die
kant opgelopen om bijna zeker te weten dat dit die BullCreek Trail is en niet
de weg terug naar de brug.” “Oké, dank jullie wel, dan gaan we ook door.” We
lopen een tijdje samen op en ik kan het niet laten deze vraag te stellen: “Die
tekst op je t-shirt, is die van de Occupybeweging?” “Nee hoor…” Zijn moeder
onderbreekt hem met een lichte
neem-het-hem-maar-niet-kwalijk-ondertoon: “Oh, dat is zijn filosofische
ding!” Hij gaat, terecht, rustig door: “De tekst ‘Occupy the present’ staat
voor leven in het nu. Dat is mijn wijsheid.” Ik ben het volmondig met hem eens
en bedenk dat dit wellicht de eigentijds relaxte variant is van ‘slow living’
in de sixties…?
Zeker weten
doe ik het niet. Mijn lijf staat ook nog steeds stijf van de confrontatie met
een niet aangelijnde pitbull vanochtend op een paadje bij de campground. We
wilden naar Williams Grove lopen en dat bleek twee uur enkel te zijn hoorden we
van een stel dat uitgeput de heuvel opkwam. Terwijl we net zijn gestopt met
soebatten over wel of niet verder gaan en Clemens achter mij het pad weer
opklimt, komt er een pitbull uit het dal omhoog rennen. We horen beneden wel
iemand roepen, maar daar reageert het beest niet op.
|
Pitbull in aantocht! |
Gelukkig is
mijn lief een kei in het verjagen van agressieve honden: schreeuwen, een
boomtak grijpen om jezelf groter te maken en doen alsof je stenen opraapt en
naar z’n kop gooit. Ik schreeuw keihard mee. Dat lucht een beetje op. Maar het
is wel een uitdaging om daarna rustig in het nu te blijven en niet steeds te
denken: ‘Stel dat ik net zoals altijd ver achter Clemens had gelopen met die
pitbull op m’n hielen…” Niet dus….