Zoeken in deze blog

woensdag 14 september 2016

“…en dit is de laatste … !”

“Hoeveel vuurtjes hebben we gestookt, wat denk jij?” “…stuk of vijf? Niet veel meer denk ik”? We staan bij de self service schuur van Ohiopyle State Park en kopen hout voor het allerlaatste kampvuur op de laatste camgroundavond van deze reis. In de schuur liggen ook oude kranten, dus het is een fluitje van een cent om snel een mooi vuur te maken.


Hout halen en betalen via een confidence box 
Maar dan…zit je net een beetje naar de vlammen te staren, en te hopen dat de wind nog wat aanwakkert zodat het iets frisser wordt, blijkt het niet alleen de wind te zijn die we horen, maar ook hele dikke vette regendruppels! En nog voor je de zin: “Hé, het régent!” af kunt maken zijn we al kletsnat.


Laatste kampvuur...
Een kwartier later is de zware tropische bui verdwenen en kunnen we in elk geval de ramen weer open zetten. Nog een kwartiertje later doen we een hele wonderlijke ontdekking: “Hè, het vuur laait weer op!” “Nee joh, dat kan niet.” “Jawel, kijk maar!” Inderdaad, het vuur is sterker dan de regenbui. En zo genieten we nog een dik uur van kampvuur deel twee…

Dat laatste kampvuur was vrijdagvond 10 september. Daarvoor hebben we ook al veel ‘voor het laatst’ gedaan: de gastank vullen, Wifi-en in een Public Library en de was doen bijvoorbeeld.


Bijna klaar met de laatste was...
Als we woensdagochtend de 14de naar de haven rijden om de compleet gepoetste camper weer in te klaren en dik anderhalf uur later met lijn 26 naar Downtown Baltimore rijden, kijken we elkaar aan: “Dat was het dan…” “Ja, tijd voor een laatste bezoek aan Starbucks.” “Goed idee, en dan ergens lekker eten!”


Wachten op de bus in de haven van Baltimore,
toevallig voor het distributiecentrum van Amazon.

De laatste Dopio Espresso

Lunchen bij Liquid Earth in Baltimore
met een fraai opgemaakte spinazietaco en idem groentesalade
Op weg terug naar de sneltram richting hotel komen we weer langs de Verizonwinkel. Daar waren we voor de lunch al langs gegaan om ons Amerikaanse telefoonnummer en de Mifi met ingang van morgen af te sluiten. 


'Ons' Verizonfiliaal in Fleetstreet Baltimore
“Komen jullie nog terug?” vraagt Mona. “Ja, dat is wel het idee…Over een jaar of twee.” “Oké… Even kijken…Ja, alsjeblieft, met deze bon kun je straks je account weer gemakkelijk openen. 

Safe travels home!”


zondag 11 september 2016

Nine eleven en iets over de verkiezingen

Op de brug over de US 50 naar Queentown staat nóg een brandweerwagen met de hoe-heet-ie-ook-weer-ladder helemaal uitgeschoven zodat er een grote vlag aan kan wapperen. En die wappert ook vanwege ‘nine eleven’. Vanochtend zagen we al de eerste brandweerwagen met de vlag in de ladder gehesen. “Wat een mooi gebaar naar de collega’s die bij aanslag op de Twin Towers zijn omgekomen.” “En hun naasten natuurlijk, en al die andere brandweermannen en –vrouwen die daar keihard hebben gewerkt.” “Ja, daar zijn ze toch echt heel goed in: belangrijke gebeurtenissen herdenk je gewoon. Geen discussie over de vraag of dat wel echt nodig is en in welke mate dan…” 
“Hé kijk, bij McDonalds hangen de vlaggen ook halfstok. Als je niet te snel rijdt kan ik nog een foto maken!


Brandweerwagen met vlag op nine eleven


Langs de weg naar Queenstown: Mc Donalds op nine eleven
Even later zien we op een tv-scherm in de Outlet van Queenstown dat Hillary Clinton bij de 9/11-herdenking onwel is geworden. Nog geen half uur daarna staat het bericht ook al op nu.nl. Dat brengt me weer op de vraag of wij de berichtgeving rondom de presidentsverkiezingen ook op de Amerikaanse media volgen. Nee dus, of beter, die zoeken we niet actief op. Hoeft ook niet want onze favoriete Nederlandse media zijn echt razendsnel in het publiceren van ‘breaking news’ over de beide kandidaten en het hele circus daar om heen.


Buitenreclame op de muur, vlak voor de commercial van Trump
Met de verkeerslichten nét op groen...
Wat ons wel opvalt, omdat wij dat in Nederland niet kennen: al ver voor de Republikeinse Conventie zie je overal borden langs de weg en op de gladgemaaide gazons met ‘Trump’. We zagen zelfs ergens op een buitenreclame een Trump-item voorbij komen. Jammer genoeg sprong het verkeerslicht op groen voor dit item weer aan de beurt was.

Al die maanden tot aan de Democratische Conventie hebben we wel veel borden met ‘Bernie for president’ gezien, maar nog nooit eentje voor Hillary Clinton. Niet op de grote gazons en evenmin in de kleinere tuinen en huizen met grasveldjes. Vreemd wel… 
 

Uit de tuin van Jean & Daniel
Misschien is de ps. voor deze schatten uit Seattle ook hoopvol?
PS.
Twee dagen later schrijft ook de Nederlandse pers al over de running mate van Hillary Clinton, Time Kaine, alsof hij haar nu al gaat opvolgen. Frans Verhagen besluit zijn artikel in de NRC met: ‘Er is nog hoop…Ook voor Amerikanen die wanhopen over wat ze in deze verkiezingen krijgen voorgeschoteld.’

Als we weer thuis zijn zal ik al die wanhopende schatten die wij tijdens onze reis hebben leren kennen eens e-mailen: zijn zij ook wat hoopvoller ‘nu Hillary kwakkelt?’

zaterdag 10 september 2016

Wat is een motel en waarom moet je er een keer hebben geslapen?

Buiten is het 37˚C, in de camper nog drie graden warmer en vanwege de hoge vochtigheid voelt het als 40+. Vannacht koelt het niet af...
Na een stuk of vijf van die warme, supervochtige nachten hebben we dus reden genoeg om iets ‘Amerikaans’ te doen dat we nog niet eerder hebben gedaan: logeren in een motel!

Ik ben vast niet de enige die daar een naar, triest en bouwvallig beeld bij heeft. Komt vast door films waarin dit soort overnachtingsplaatsen vaak als locatie dienen voor geheime amoureuze ontmoetingen of alcoholische verdrink-je-verdriet-nachten. Ook aan de motels uit ‘Reizen zonder John’ van Geert Mak bewaar ik geen andere herinneringen. Maar de plek waar wij nu zitten, de EconoLodge in Frederick (Maryland) ziet er gewoon goed uit: twee lange rijen motelkamers, waar je je auto/camper lekker voor de deur zet en je spulletjes voor een nacht zó naar binnen schuift.
Binnen is het heerlijk koel (22˚C J) en als ik, gezeten in de riante bureaustoel met m’n benen op bed naar buiten kijk, zie ik aan de overkant een perkje met rode kegelvormige planten, Cherokeerood geverfde deuren en grappig vormgegeven aircoroosters in dezelfde kleur. De buitenmuren van alle kamers zijn crèmekleurig. Binnen kom je dezelfde kleuren tegen en veel kersenhoutkleurig fineer op het bergmeubel met het tv-scherm, de kaptafel, het bureau en het nachtkastje. Hier heeft iemand over nagedacht, alleen de fauteuil bij het raam en de vloerbedekking zijn van een slecht passend gemêleerd blauw…


EconoLodge Frederick: dit zien we vanuit 129
De snelle Wifi nodigt uit om de kranten van vrijdag en zaterdag te downloaden. Ik begin met de NRC van gister, vrijdag 9 september, en blijf gelijk op pagina 2 hangen vanwege een bericht over Wells Fargo, de Amerikaanse bank die ons zo goed heeft geholpen toen we een Amerikaanse rekening nodig hadden om onze visa te verlengen. De rekening is inmiddels al opgeheven, want over een week zijn we alweer thuis, maar omdat je prettig zaken met ze hebt gedaan blijft je blik hangen bij zo’n krantenkop.
Wat is er gebeurd? Wells Fargo heeft 5300 van de 268.000 medewerkers ontslagen omdat ze meer dan 2 miljoen bank- en creditcardrekeningen hebben geopend voor klanten die van niks wisten. En de bank betaald een flinke boete: € 165 miljoen. Wat bezielde die medewerkers om zo frauduleus te opereren? ‘Wells’, dat laat zich raden, de verkoopdoelstellingen en de bonussen. Niet echt verbazingwekkend als je de ontwikkelingen in de financiële sector een beetje volgt, maar toch: waarom hanteren managers altijd weer dit soort perverse prikkels? Of moet ik het anders zien? Dat slechts een kleine twee procent van alle medewerkers flink frauduleus is geweest? Rotte appels heb je overal toch?

Voor ik de rest van de krant doorblader wil ik eigenlijk meer weten over het verschil tussen motels en hotels. Dat intrigeert me. Wiki heeft er een uitgebreid artikel over: ‘motel’ komt van ‘motor hotel’ en staat voor ‘drive-up-to-room motor court architecture’. https://en.wikipedia.org/wiki/Motel

Het concept is bedacht door twee broers: Arthur and Alfred Heineman. Ze wilden een hele motelketen langs de hele US 1 (101) van Californië tot het eind in Washington gaan bouwen; zo om de 150 tot 200 mijl. Gewoon de afstand die je begin vorige eeuw op een dag wel kon overbruggen. Veel meer ook niet gezien de kwaliteit van de wegen.


Claes Oldenburg, Apple Core (1990)
Gezien in de beeldentuin van Kentuck Knob
Het eerste Milestone Motor Hotel, helemaal in missiestijl opgetrokken, stond in San Luis Obispo opende in 1925. Ik begrijp uit het verhaal op wiki dat de oorspronkelijke keten is er niet  gekomen als gevolg van de economische depressie eind twintiger jaren (https://en.wikipedia.org/wiki/Motel_Inn).
Hoe dan ook, mijn beeld dat motels per definitie de afgekloven appels in de logeermarkt zijn, blijkt niet te kloppen. Dat is een mooie ontdekking!



Een huis dat uit een heuvelrug groeit: Kentuck Knob

Vlakbij mijn favoriete Fallingwater, staat nog een huis van Frank Lloyd Wright: Kentuck Knob. “Kijken of we daar nog kaartjes voor kunnen krijgen?!” Dat lukt en zo gaan we de dag na ons bezoek aan Fallingwater al weer met een gids door een FLW-huis.



Grappig: allerlei duiventillen
naast de parkeerplaats van Kentuck KnobDuibentllen
De opdrachtgevers, I.N. en Bernadine Hagan, zijn net als de eigenaren van Fallingwater, ondernemers in Pittsburg. Was Kaufmann president van een ‘department store’, een soort Bijenkorf, Hagan is de oprichter van Hagan Ice Cream, een beroemd ijsmerk in de USA. 

Begin vijftiger jaren kopen de Hagans een flink stuk grond in de bossen van Laurel Highlands. Als ze Fallingwater zien, zijn ze gelijk verliefd en besluiten onmiddellijk Frank Lloyd Wright te vragen een huis voor hen te ontwerpen. Dat doet hij: Kentuck Knob groeit als het ware uit de top van een heuvelrug. De basis van het ontwerp is een hexagoon. 


Kentucky Knob groeit uit de top van de heuvelBijschrift toevoegen

Behalve in de keuken en de badkamers, waar sommige zaken waterpas moeten zijn, vind je nergens een hoek van negentig graden. “En Kentuck Knob is desondanks het enige huis waar het nergens lekt.” vertelt Christa, onze gids, niet zonder trots.


Als het sneeuwt dwarrelt er een witte hexagoon op je balkon
We weten inmiddels dat FLW een fervent voorstander was van kleine eettafels en smalle gangen. Wat die laatste, de smalle gangen, betreft zien we hier het toppunt: mijn lief kan er net doorlopen zonder z’n schouders open te halen aan de prachtige zandstenen muren. Het schijnt dat Frank Lloyd Wright iedere keer het volgende antwoord heeft gegeven als iemand zijn of haar verbazing uitsprak over die gangen van vijftig centimeter breed waar dikke mensen dus echt niet door heen kunnen: “Dan moeten ze maar afvallen.” En, zegt mijn lief: “Blijkbaar viel de man ook niet op bodybuilders. Die kunnen hier ook alleen maar schrijlings door.”


Terras met toegang tot de beeldentuin
Nieuw voor mij zijn de kastplanken in dit huis: die kun je niet alleen uitschuiven, of eigenlijk naar je toe trekken om makkelijker iets te pakken, nee, de planken bestaan eigenlijk voor een groot deel uit gevlochten riet, wat erg lijkt op mijn vroegere Thonet eetkamerstoelen (233) met hun rieten zittingen.  Wat slim als extra ventilatie! Jammergenoeg mag ik die ook niet op de foto zetten...


George Rickey: Three Right Angles (1994)
Beeldentuin Kentuk Knob
 Lord Peter Palumbo is de huidige eigenaar van Kentuck Knob; sinds 1986. Deze Engelse projectontwikkelaar en kunstverzamelaar heeft rondom dit bijzondere huis een enorme beeldentuin laten aanleggen. Vanaf de top dwaal je zeker een kwartier over een voetpad met links en rechts fraaie formaties van staal en steen. In een van de drie vijvers staat een beeld van George Rickey. Het heet ‘Three Angles’ (1994). Zou deze kunstenaar na een wandeling door het huis de drie rechthoeken in de keuken en de badkamers hebben gevonden en zich daardoor hebben laten inspireren?


Andy Goldsworthy, Bloodstone Cairn
Verzameld tussen 199 en 200


Ook hier een deel van de Berlijnse Muur (1961 - 1989)
Staat er sinds 1990

 “Oké, dat was het dan.” roept Clemens als we weer bij het bezoekerscentrum zijn aangeland. “Nee schat. Nu we hier zijn, wil ik eerst nog een ijsje!” Wat ik voor smaak koos? Salted Caramel! Kan ik ijsliefhebbers absoluut aanbevelen.

vrijdag 9 september 2016

Niet te filmen zo mooi: Fallingwater!

Het áller-, állermooiste huis van Frank Lloyd Wright is Residence Fallingwater. Het staat aan de State Hwy 381 in de bossen van Laurel Highlands ten zuidoosten van Pittsburgh, Pennsylvania.
Fallingwater dateert van 1935 en heet ook wel ‘de horizontale apotheose’: de verschillende verdiepingen met hun enorme terrassen ‘hangen’ als het ware aan een verticale kolom die vanuit de rotsen in het riviertje de Bear Run omhoog steekt.


Zelfs de entree lijkt al op een waterval...
De opdrachtgevers, Liliane en Edgar Kaufmann, hadden hier vlak bij een zomerhuisje én ze waren verliefd op de waterval in de Bear Run, een kort riviertje in dit Alleghenygebergte.


Eerste indruk als je voor de brug over Bear Run staat
Liliane en Edgar dachten dat Frank Lloyd Wright een nieuw zomerverblijf zou ontwerpen met uitzicht op die waterval. Maar dat deed hij niet: Fallingwater overkapt de waterval als het ware of, in de woorden van onze gids, Marc: “Het huis is zelf net een waterval zoals de verschillende verdiepingen naar beneden komen. Frank Lloyd Wright ontwierp op z’n 67ste een hoogtepunt van zijn
organische architectuur.”


Een deel van de dragende kolom
Ook binnen is het weer intens genieten van alle typische FLW-dingen: de enorme living met gezellige zithoeken, de ruime open haard die interessante overpeinzingen en boeiende gesprekken stimuleert, de indirecte verlichting die zonlicht imiteert, de glazen wanden die binnen en buiten verbinden, de vele ramen die vanuit de hoek opengaan, de boekenplanken die onzichtbaar in de wanden zijn verankerd, de slimme kasten in de slaapkamers met elk hun eigen grote terras, gewoon teveel om op te noemen.



De rotsen doen mee in het ontwerp van Fallingwater
 Als we naar het later toegevoegde gastenverblijf gaan komen we langs een stuk rots dat vanuit de muur naar binnen steekt. Halverwege loopt nu een mini stroompje uit die rots. Dat verdwijnt in de stenen vloer…echt overal is rekening mee gehouden. En wat had ik hier graag een foto van gemaakt! Helaas…we mogen alleen buiten fotograferen.


Typisch FLWdenken: prullenmand passend bij de buitenmuren


Bear Run vlak voor de waterval
Na de rondleiding wandelen we nog naar de plek van waar de Kaufmann’s naar hun geliefde waterval keken. Dat is nu de meest gebruikte plek om een foto van Fallingwater te maken. 


Fallingwater
Je moet wel veel geduld hebben want met al die toeristen op de verschillende terrassen is het toch minder indrukwekkend dan zonder…